Negen mythes over elektrisch rijden doorprikt
Als het om elektrische wagens gaat, heeft iedereen wel een standpunt. “Elektrische wagens zijn duur, de batterij verslijt snel, ze zijn enkel geschikt voor korte verplaatsingen,…” Maar hoe zit het nu echt?
"Een zuiver elektrische wagen verbruikt evenveel CO² als een diesel of bezinewagen."
Zelfs wanneer elektrische voertuigen worden aangedreven door de meest koolstofintensieve elektriciteit in Europa, stoten ze nog steeds minder broeikasgassen uit dan een conventioneel dieselvoertuig. Het onderzoek van dr. Maarten Messagie van de Vrije Universiteit Brussel toont dit aan. Bovendien kan een batterij perfect worden gerecycleerd. Lees er alles over in het e-book van Bebat dat zich specialiseert in de recyclage van EV-batterijen.
"Een autobatterij is snel versleten."
Wie dacht dat de batterij van een elektrische auto snel verslijt, heeft het mis. De levensduur van batterijen is namelijk de belangrijkste troef ten opzichte van klassieke verbrandingsmotoren. Brandstofwagens zijn versleten na ongeveer 200.000 à 300.000 km. Met een elektrische auto kan je zorgeloos 200.000+ kilometer rijden zonder significant verlies aan batterijcapaciteit. Bovendien wordt de levensduur van batterijen steeds groter. Om je batterij zo lang mogelijk te laten meegaan, vind je hier enkele tips:
Vermijd te hoge temperaturen.
Je batterij kan best altijd tussen 10% en 90% geladen zijn. Te vaak onder 10% of boven 90% gaan, zorgt ervoor dat je batterij sneller verslijt.
Zet je je auto voor een langere periode op stal dan zijn de de omgevingstemperatuur en het laadpercentage van de batterij belangrijk:
Je wagen kan best tot ongeveer 50% geladen zijn. Zet je hem voor een tijdje aan de kant met een volle batterij dan kan de batterij capaciteit verliezen. En andersoms, wanneer de batterij bijna leeg is, kan hij in een ontladingstoestand vallen, waardoor de batterij niet meer opgeladen kan worden.
“Zoeken naar publieke oplaadpunten is als zoeken naar een speld in een hooiberg.”
Ons land telt volgens Chargemap ongeveer 3000 publieke oplaadpunten en 8000 stekkers. Tel je er ook de laadpunten bij bedrijven en particulieren bij dan overschrijden we zelfs de kaap van 10 000*. Er worden voortdurend laadpalen bij geplaatst, zowel op publieke plaatsen als bij bedrijven en bij bestuurders thuis. Gemiddeld ben je als consument slechts voor 10% afhankelijk van de publieke (snel)laadinfrastructuur, bijvoorbeeld wanneer je langere uitstappen plant. Want ook een gewone stekker kan je perfect gebruiken om je auto op te laden. En zeg nu zelf, een privé ‘tank’station bij je thuis, handiger kan niet, toch?
“Met een elektrische auto geraak ik nooit op mijn vakantiebestemming.”
Een gemiddelde elektrische auto haalt al snel 300 à 450 kilometer. Je kan dus zonder problemen het land doorkruisen. Bovendien kan je een gemiddelde elektrische gezinswagen in 30 minuten tot 80% laden aan een snellaadpaal. Binnen Europa zijn er 161.426 publieke laadpalen en snelladers. Het aantal laadpunten zal alleen maar toenemen. Daar mag je zeker van zijn! Hier vind je een handig overzicht van alle laadpalen in Europa: chargemaps Europa.
“Ik verlies tijd door mijn auto te moeten opladen.”
90% van de laadbeurten gebeurt op het werk of thuis, dus wanneer de auto stilstaat. Bij een standaard laadpaal (thuis of onderweg) kan je afhankelijk van de auto tussen 4 à 8 uur vol laden. Steek je auto ‘s nachts in de stekker, verlies je geen tijd. Moet je toch onderweg laden zoek dan een snellader, die laadt je wagen in een half uur, tot 80%, meer dan genoeg om je reis verder te zetten.
“Ik schrik me rot als ik door een muisstille elektrische wagen word overvallen.”
In tegenstelling tot klassieke wagens hebben elektrische auto’s geen verbrandingsmotor en maken ze dus geen geluid. Deze stilte zorgt trouwens voor rust en ontspanning voor de bestuurder. Sinds 1 juli 2019 worden nieuwe elektrische wagens in Europa van een toestelletje voorzien dat een geluid maakt wanneer een wagen minder dan 19 km/u of achteruit rijdt. Zo worden ongevallen teruggedrongen. En nee, de auto’s imiteren niet het geluid van een dier, maar bootsen rijgeluiden na.
“Elektrische auto’s zijn niet sportief”
Elektrische auto’s kunnen evengoed hoge topsnelheden bereiken als auto's met een brandstofmotor. Bovendien trekken elektromotoren snel op, zelfs sneller dan brandstofmotoren. Je hoeft je pedaal nog maar aan te raken en je schiet vooruit. Dat komt omdat een elektrische auto direct maximaal koppel (Nm) kan leveren, terwijl een brandstofwagen in toeren moet gaan vooraleer hij aan een piekvermogen kan rijden. Houd er wel rekening mee dat als je hoge snelheden rijdt, je ook veel energie verbruikt en dus sneller zal moeten laden.
“Op het einde van de rit is een verbrandingsmotor schoner dan een EV”.
Fout. Er zijn verschillende studies die de waarheid claimen, toch staan de resultaten lijnrecht tegenover elkaar, afhankelijk van de partij die de studie heeft geschreven of gefinancierd. Het Europees Milieu Agentschap voerde onlangs een onafhankelijke studie uit en de uitkomst is duidelijk: gemiddeld gezien (Europees gemiddelde en combinatie van groene en grijze stroom) is een elektrisch auto een stuk schoner dan een gelijkaardige wagen met verbrandingsmotor, zelfs al neem je een auto met een grote batterij (bijvoorbeeld Tesla Model S 100D).
“De auto op waterstof heeft meer toekomst dan de elektrische batterijwagen.”
Tot op de dag van vandaag is er nog zoveel rendementsverlies tijdens het productieproces van waterstof, dat een elektrische batterijwagen veruit de beste efficiëntie kan voorleggen. Wel ziet het ernaar uit dat waterstof- en batterijwagens in de toekomst naast elkaar zullen worden ontwikkeld en er hybrides zullen komen die beide technologieën combineren. Mercedes-Benz lanceerde alvast een eerste aanzet in dit verhaal met de GLC F-Cell.