Auto review – BMW 320e Touring
Meer is niet nodig
Nadat het dezelfde oefening al deed met de 5-Reeks, brengt BMW nu ook van zijn 3-Reeks een teruggetunede plug-inhybride variant op de markt. Die is wat minder krachtig, maar ook een stuk minder duur en fiscaal even interessant.
Identieke auto, 88 pk en 70 Nm minder
De 320e is op alle vlakken identiek aan zijn krachtigere broer, de 330e, op het vermogen van de verbrandingsmotor na. Dezelfde tweeliter-viercilinder levert in de “30e” 184 pk, maar houdt het in de “20e” op 163 pk. De elektromotor in de achttrapsautomaat levert in beide gevallen 113 pk. Het resultaat is 204 pk en 350 Nm in de plaats van 292 pk en 420 Nm.
De batterij van de 320e is identiek aan die van de 330e en is dus 12 kWh groot, waarmee BMW een zuiver elektrisch rijbereik van 53 tot 58 kilometer belooft, wat probleemloos haalbaar is. Dat batterij kan aan 3,7 kW opgeladen worden in 3,5 tot 4 uur.
Even zuinig
We kunnen het wel duizend keer herhalen: plug-ins zijn slechts echt interessant als je ze ook systematisch oplaadt. Wanneer je dat doet, is het mogelijk om met de 320e ongezien zuinig te zijn. Met amper 1,1 l/100 km aan gemiddeld benzineverbruik en 16 kWh/100 km aan stroom kunnen we niet anders dan onder de indruk zijn van het (potentiële) rendement van deze plug-in.
Het inleveren van 88 pk heeft natuurlijk gevolgen voor de prestaties, die bij de 320e gelukkig wel nog voldoen, met een stoplichtsprintje van 7,9 seconden. Daarmee is hij zo’n 2 seconden trager dan zijn krachtigere broer, maar kan hij wel vlot mee met het verkeer. Echt sportief rijden doet hij niet, maar dat heeft meer te maken met het hoge gewicht dan met een gebrek aan vermogen, een handicap die de meeste plug-ins hebben.
Prijsvoordeel
De 320e is er net als de 330e als berline en als Touring, waarbij die laatste de praktischere kofferruimte als troef heeft ten opzichte van de berline. Met 410 liter is die koffer in standaardconfiguratie niet indrukwekkend, maar hij is wel makkelijker te beladen dan het 375 liter kleine exemplaar van de plug-inhybride berline.
Het verschil tussen de “20e” en de “30e” beperkt zich dus tot iets minder vermogen en bijgevolg ook een lagere prijs. De “20e” moet € 3.000 inclusief btw minder opbrengen dan de “30e”, terwijl hij als leasewagen bovendien van een BIV-voordeel van € 1.239 geniet.