Polestar 2 Long Range Single Motor
Auto review
Discrete facelift
Polestar is intussen uitgegroeid tot een huis-tuin-en-keukennaam. De “2” is een vertrouwd gezicht op onze wegen. Halfweg zijn carrière achtte het Zweeds-Chinese merk de tijd rijp voor een facelift. De nieuwe Polestar 2 herken je aan zijn gesloten grille in koetswerkkleur, waarachter alle sensoren verborgen zitten. Voor de rest zijn de esthetische ingrepen beperkt.
De belangrijkste nieuwigheden zitten onder de oppervlakte. De elektromotoren en batterijen werden onder handen genomen met het oog op een zuinigere werking en dus een groter rijbereik. Opmerkelijk is ook dat de Single Motor-versies nu achteraan in plaats van vooraan worden aangedreven, een keuze die de vernieuwde Polestar 2 een levendiger weggedrag moet opleveren.
Pittiger en levendiger
De nieuwe krachtbron van de Long Range Single Motor levert 220 kW en 490 Nm. Dat is voldoende om de 0-naar-100-sprinttijd te beperken tot 6,2 seconden, een verbetering van ruim een seconde. De winst is mede te danken aan het feit dat de elektromotor van de voorzijde naar de achteras verhuisde.
Op een droog wegdek geniet je des te meer van de extra rijdynamiek. De Polestar 2 laat zich prettig in de bocht zetten en biedt voldoende feedback in het stuur. Voorwaarde is wel dat het wegdek er droog bijligt. In het andere geval durft de achterpartij uitbreken als je aan het stuur draait en gas geeft. De stabiliteitscontrole komt wel tussenbeide, maar misschien iets later dan je zou verwachten.
Lager verbruik, groter rijbereik
De Long Range-versies hebben voortaan een uit accupakket van 82 kWh in plaats van 78 kWh. Gecombineerd met de zuinigere motor levert dat een rijbereik op dat met 103 kilometer is gegroeid tot 654 kilometer. Met de vorige PS2 haalden we in de praktijk amper 400 kilometer. De vernieuwde versie bracht ons gemiddeld zo’n 475 kilometer ver en bleek in de praktijk 4 kWh/100 km zuiniger. Nog goed nieuws: het DC-laadvermogen is gestegen naar 205 kW.
Helaas heeft Polestar niet veel veranderd aan de user interface. Het infotainment draait op Android Automotive en laat zich als een tablet bedienen, maar toch is het allemaal minder intuïtief dan bij de Tesla Model 3. Je moet soms net iets te veel swipen en in de menu’s graven om te vinden wat je zoekt. Google Assistant slaat bovendien de bal geregeld mis.